Als je een deuk hebt gereden, na laswerk of roest verwijdering moet je het oppervlakte weer strak krijgen.

Maak de oppervlakte eerst goed schoon met thinner of wasbenzine.

Als je een oneffenheid wilt vullen met plamuur verwijder dan de verf tot blank metaal.

Doe dit met schuurpapier korrel 80 of 120, verwijder alles wat los zit voordat je gaat plamuren.

Probeer altijd je plaatwerk zo te krijgen dat je het met zo weinig plamuur weer strak krijgt.

Om een goede hechting te krijgen van je plamuur moet de ondergrond goed schoon zijn, gebruik hiervoor een thinner of wasbenzine.

Het beste om te gebruiken is een 2 componenten plamuur, deze word harder en is sterker dan een 1 component plamuur.

Open het blik plamuur en neem met een plamuurmes wat je denkt nodig te hebben uit het blik.

Smeer dit op een harde ondergrond,Ik gebruik vaak stukjes oud laminaat.

Bij de plamuur zit ook een tube, in deze tube zit de verharder, je doet van deze tube rond de 3 procent bij de plamuur.

Doe nooit teveel verharder bij je plamuur, dit kan later scheuren veroorzaken.

Meestal is het rood, dan kan je goed zien of je het goed mengt met de plamuur.

Meng de plamuur samen met de verharder tot je geen rood meer ziet, het goed mengen is erg belangrijk, besteed daar dus aandacht aan.

Als de plamuur nu goed gemengd is, kan je hem aanbrengen op het oppervlak wat je wilt plamuren, dit kan met een plamuurmes.

Als je de plamuur gemend hebt met de verharder, wacht dan nooit te lang met aanbrengen, het droogt namelijk snel.

Breng nooit te dik in 1 keer aan, dit zou niet goed kunnen drogen, breng maximaal lagen aan van 3 mm dik.

Als je de plamuur hebt aangebracht wacht je rond de 15 a 20 minuten, is je omgeving koud zou het langer kunnen duren.

Als de plamuur hard is kan je als het nodig is een 2e laag aanbrengen.

Ik schuur het oppervlak altijd even voordat ik een volgende laag aanbreng met korrel 80.

Ook maak ik het altijd weer even schoon voor een goeie hechting.

Als je nu genoeg plamuur hebt aangebracht kan je de plamuur in de juiste vorm gaan schuren, begin bij korrel 80 dan naar korrel 120.

Als het plamuur een beetje de vorm gaat krijgen ga je het afwerken met afwerkplamuur.

Dit is een fijnere plamuur om kleine krassen en onevenheden mee weg te werken.

Schuur de afwerkplamuur niet te grof, begin bij korrel 400 en eindig op korrel 800.

Het mooiste is om dit met waterproof schuurpapier te doen.

Je hebt om een mooi strak resultaat te krijgen controlepoeder, dit breng je op je geplamuurde werk en schuur dan zolang tot al het controlepoeder er weer af is.

Zo weet je zeker dat je goed zit, heb je geen controlepoeder dan kan je ook een spuitbus zwart gebruiken.

Nefel dan zwarte verf over je werk, werkt in principe hetzelfde als controlepoeder.

Als alles weer strak is kan je een primer aanbrengen en daarna de gewenste lak.